Mogelijke en onmogelijke architectuur, duizelingwekkende patronen en optische illusies. In Kunstmuseum Den Haag word je meegesleurd in de ‘andere wereld’, die van kunstenaar M. C. Escher. Van wanden die inkijk bieden in zijn maakproces tot themazalen die je laten opgaan in alle fases van zijn carrière.
Om verwonderd te raken door de pientere creaties van Maurits Cornelis Escher (1898-1772) heb je geen museum nodig, maar een uitstapje naar Den Haag is zeker de moeite waard. De tentoonstelling ‘Escher – Andere wereld’ tilt de werken van de kunstenaar naar een hoger niveau met samenhangende thematiek. Het kunstenaarsduo Gijs Van Vaerenbergh verrijkt het museum met driedimensionale kunstwerken die volledig in het thema staan van Eschers werken. Zo word je in de zaal over architectuur omringd door pilaren – een verwijzing naar onder meer zijn realistische werk La Mezquita. In de zaal over ‘onmogelijke werelden’ is het alsof je in het onmogelijke trappenhuis van Eschers Relativiteit staat. Trappen eindigen op het plafond, boven is beneden en zwaartekracht verliest zijn betekenis.
Escher heeft een veelzijdige carrière achter de rug en het Haagse museum weet dat doeltreffend over te brengen. Het hoofdthema van de tentoonstelling is ‘dag en nacht’. De dagzalen zijn omgeven door witte muren met veel licht, terwijl de nachtzalen zwart en donker zijn. De sprongen die Escher in zijn carrière maakt, zijn in de tentoonstelling terug te zien in de overvloed aan variatie. De ene keer word je omringd door eindige en oneindige patronen van op elkaar gepropte, cartooneske vogels, vissen en reptielen. Dan sta je in een zaal over reflecties met een lachspiegel die je dubbel zo breed doet lijken. De mogelijkheden die Escher ziet in weerspiegelingen lijken eindeloos: een glazen bol, een plas water, een waterdruppel. Escher weet er raad mee en blijft verrassen.
Toch ontbreekt er iets in de tentoonstelling. De terugkerende bijschriften over houtsneden, houtgravures en lithografieën laten je vertwijfeld achter over het maakproces achter Eschers werk, maar schemeren door dat het drukproces vergelijkbaar is met een stempel. Voordat Escher zijn uiteindelijke werk afdrukte, maakte hij tal van schetsen. Deze gedetailleerde tekeningen ontwikkelden zich tot een samenhangend geheel en het uiteindelijke ontwerp werd gebruikt om een ‘stempel’ te maken. Met deze stempel drukte hij zijn definitieve kunstwerk af. Zijn techniek verklaart waarom veel werk zwart-wit is en bestaat uit grove lijnen. De methodes die Escher gebruikte, worden onder vrijwel alle werken genoemd, maar het precieze verschil tussen de processen wordt nergens gevisualiseerd. Zonde, want als je het maakproces kent, zul je het werk van Escher nóg meer waarderen.
Hoewel het drukproces onderbelicht blijft, wordt een ander onderdeel van zijn voorbereidingen uitgebreid aan de dag gelegd. De voorstudies, zoals zijn schetsen worden genoemd, zijn prominent aanwezig in de tentoonstelling en bieden een unieke kijk op zijn maakproces. Zo heeft zijn laatste werk Ringslangen een eigen ruimte vol voorstudies. Een rondje door de zaal – of je nou met de klok mee of er tegenin loopt – laat zien hoeveel moeite er in één kunstwerk wordt gestoken. De schetsen variëren van slangenkoppen tot in de puntjes uitgedachte geometrie.
Escher intrigeert. Op de bank een plaatjesboek van zijn werk doorbladeren, bewijst dat er weinig nodig is om op te gaan in zijn kunst. Om echt een waardige ervaring op te doen – en om een beter beeld te krijgen van deze gevarieerde kunstenaar – is een bezoek aan de tentoonstelling in Kunstmuseum Den Haag de moeite waard.
De tentoonstelling Escher – Andere wereld is tot 10 september 2023 te zien in Kunstmuseum Den Haag.
Cover: Niels Kievits
Geëdit door Gijs Berk