Picture of By Matthijs van Hees

By Matthijs van Hees

Met hun gigantische wereldwijde bereik zijn slechts een paar sociale media uitgegroeid tot dominante internetconglomeraten in het medialandschap. Of het nou berichten zijn van je vrienden, politici of van het nieuws, zonder sociale media had je deze waarschijnlijk niet gezien. De laatste tijd lijken sociale media strenger te controleren op onjuiste informatie en ongepaste berichten. Met de recente verbanning van Trump, nepnieuws over COVID-19 en de toenemende populariteit van complottheorieën vraag ik mij af door wie deze controle wordt uitgevoerd. In hoeverre botst deze controle met de vrijheid van meningsuiting en in hoeverre zijn de machten van sociale media verdeeld. Wie censureert en waarom?

De macht van het internet

Wereldwijd maken er ruim 192 miljoen mensen gebruik van Twitter, dagelijks gebruiken zo’n 1,84 miljard mensen Facebook en op YouTube worden er dagelijks ruim 300.000 nieuwe video’s geüpload. Zo zijn slechts een paar sociale media uitgegroeid tot reusachtige internetconglomeraten, wiens invloeden over de hele wereld merkbaar zijn. Met deze wereldwijde populariteit hebben sociale media een fundamentele machtspositie ontwikkeld in de online infrastructuur van miljarden mensen per dag. Met deze machtspositie komen ook verantwoordelijkheden en deze brengen ethische vraagstukken met zich mee. Mogen sociale media zelf bepalen wat zij toelaten op hun internetplatform en daarmee bepalen wat miljarden gebruikers dagelijks te zien krijgen? Of nog belangrijker, mogen sociale media bepalen wat miljarden mensen niét te zien krijgen? In hoeverre is censuur door commerciële mediagiganten te rechtvaardigen en in hoeverre moet de overheid hier ingrijpen? “With great power comes great responsibility”, maar wie is verantwoordelijk en waarvoor?

Waar de Amerikanen sinds hun onafhankelijkheid dromen van een vrij land, stelde Twitter op 9 januari de grenzen van de vrijheid van meningsuiting door de Amerikaanse president te verbannen van het medium.

Trump, Twitter en de bestorming van het Capitool

De verbanning van Donald Trump op Twitter maakt ruimte voor maatschappelijke vragen over de vrijheid van meningsuiting, censuur en de machtspositie van sociale mediaconglomeraten. Naar aanleiding van de bestorming van het Amerikaanse Capitool op 6 januari 2021 heeft Twitter besloten om Donald Trump niet langer toe te laten op het sociale medium. Twitter had zowel voor als tijdens zijn gehele presidentschap als spreekbuis met zijn achterban gefunctioneerd. Waar de Amerikanen sinds hun onafhankelijkheid dromen van een vrij land, stelde Twitter op 9 januari de grenzen van de vrijheid van meningsuiting door de Amerikaanse president te verbannen van het medium. Twitter legt hiervoor een verantwoording af, waarin zij stellen dat enkele ‘tweets’ voorafgaand en na de bestorming van het Capitool konden aanzetten tot gewelddadigheid van Trump-aanhangers. Het sociale medium heeft hiervoor duidelijke regels opgesteld, die het onderscheid tussen een mening en opruiing uiteenzetten. Deze regels zijn gedetailleerd, maar kritische vragen over censuur in een vrije democratie blijven wel gepast. Twitter blijft een commercieel bedrijf dat nu de kaders van de vrijheid voor ruim 192 miljoen mensen bepaalt. Is de censuur van Twitter te rechtvaardigen? 

De verbanning van Trump

Uit een onderzoek van The Washington Post blijkt dat Donald Trump in zijn 4 jaar als Amerikaanse president meer dan 30.000 onwaarheden heeft verspreid. Veel van deze onjuiste informatie zal hij middels Twitter met zijn ruim 90 miljoen volgers hebben gedeeld. Het is opmerkelijk dat Trump deze onwaarheden voorheen wél mocht verspreiden via Twitter, waar andere ‘gewone’ gebruikers dit niet mogen. Om het publieke belang te behartigen heeft Twitter ervoor gekozen om privileges toe te kennen aan mensen met specifieke overheidsfuncties, zoals de president. Voor bepaalde Twitteraars gelden dus bredere vrijheidsnormen dan voor andere gebruikers. Wanneer bijvoorbeeld Donald Trump onjuiste informatie over klimaatverandering zou delen op Twitter, zou hij dit mogen doen in het kader van ‘public-interest’. Wanneer een normale gebruiker desinformatie zou verspreiden op Twitter zou dit worden verwijderd. Dit besluit staat haaks op de rechten van de mens, die voor universele vrijheid van meningsuiting staat. Daarom zijn kritische vragen wederom gepast. Is het rechtvaardig dat bepaalde mensen, die doorgaans vooraanstaande voorbeeldfuncties bekleden, meer vrijheid van meningsuiting hebben dan andere mensen? Zouden er geen universele regels moeten zijn? Wetten hebben er namelijk voor gezorgd dat er juist evenveel vrijheid van meningsuiting is voor iedereen, om zo kritische opvattingen over overheidsbesluiten toe te laten. 

Uiteindelijk waren de berichten van Trump over de bestorming van het Capitool de druppel, die ervoor zorgden dat Trump afscheid moest nemen van zijn veelgebruikte spreekbuis. Uit een ander onderzoek van The Washington Post blijkt dat de hoeveelheid onjuiste informatie over de afgelopen presidentsverkiezingen met 73% is gedaald nadat Twitter besloot om Trump te verbannen van het medium. Wellicht is het legitiem geweest om Trump te verbannen van Twitter, maar de machtspositie van sociale media blijft bedenkelijk. Is censuur de oplossing? Is het aan Twitter om de regels van vrije meningen te bepalen en hier vervolgens privileges aan toe te kennen? 

Capitol breach
Bestorming van het Capitool – Source: Brett Davis (Flickr)

De vrijheid van meningsuiting

Op het ‘College voor de rechten van de mens’ staan alle belangrijke rechten over de vrijheid van meningsuiting. Er staat dat iedereen het recht heeft om te schrijven en zeggen wat diegene vindt en informatie mag ontvangen en verspreiden, ook online. Bovendien beschermt de Grondwet het recht van mensen om kritiek te uiten op de overheid. Wetten mogen de vrijheid van meningsuiting inperken, maar dan moeten deze inperkingen legitiem, noodzakelijk en van minimale grootte zijn. Deze inperkingen staan in het Wetboek van Strafrecht en worden nauwkeurig gecontroleerd door de rechterlijke macht. Het is dus uiteindelijk aan de rechter om te oordelen of een opmerking binnen de grenzen van de vrijheid van meningsuiting is.

Bovendien waarschuwt het College, dat de toegenomen druk op sociale media er mogelijk voor zorgt dat deze teveel berichten verwijderen dan noodzakelijk. Deze vergaande online blokkades zijn een mogelijk gevaar voor de vrijheid van meningsuiting. 

Sociale media als rechters van het internet

Dat Twitter ervoor kiest om strengere regels te handhaven die de vrijheid van meningsuiting inperken is dus in conflict met de rechten die wij als mens hebben. Bovendien is het een relevant gevaar dat Twitter, net als andere sociale media, te veel berichten van zijn medium blokkeert om een slechte reputatie te voorkomen. In de praktijk is het dus niet de rechterlijke macht, maar Twitter die inperkingen op het sociale medium handhaaft. Facebook heeft onlangs ook besloten om Trump van het platform te verwijderen. Hiervoor hebben zij een onafhankelijke raad, die een bindend oordeel velt over de legitimiteit van een verwijderd bericht. De onafhankelijkheid van deze raad valt te bekritiseren, aangezien zij worden betaald door Facebook. Bovendien gaat dit om berichten die al verwijderd zijn. Ook Facebook bepaalt dus nog steeds zelf wat zij in eerste instantie blokkeren van het medium, wat wederom botst met de vrijheid van meningsuiting. 

Is censuur überhaupt de oplossing?

Al met al is het niet de rechterlijke macht, maar zijn het sociale media die de vrijheid van meningsuiting bepalen en handhaven. Zo heeft het kunnen gebeuren dat zowel Facebook als Twitter besloten om Trump te censureren, maar YouTube niet. Of censuur überhaupt is te rechtvaardigen valt nog te betwisten. Nu sociale media strenger controleren op nepnieuws en complottheorieën, worden deze sneller verwijderd. Facebook en Instagram onderscheppen steeds strenger op misleidende of onjuiste informatie over COVID-19. Ondanks de vermindering van de hoeveelheid misinformatie zijn het wederom de sociale media, met hun commerciële belangen, die inperkingen op de vrijheid van meningsuiting handhaven. Persoonlijk ben ik absoluut geen voorstander van ‘alternatieve waarheden’ of complottheorieën, maar het is belangrijk om kritisch te blijven. Is kritisch nadenken over de waarheid nog wel mogelijk als commerciële mediagiganten bewust onjuiste informatie van de publieke discussie verbannen? Is het niet veel gevaarlijker als alle sceptici worden verbannen van sociale media, om vervolgens op alternatieve media in hun eigen sceptische realiteit te kruipen? 

De vraag blijft in hoeverre censuur rechtvaardig is in het huidige sociale medialandschap.

De vraag blijft in hoeverre censuur rechtvaardig is in het huidige sociale medialandschap. Het is onwenselijk dat de overheid ingrijpt over rechten die de vrijheid van mensen juist moet beschermen tegen overheidsingrijpen. Anderzijds is het onwenselijk dat commerciële bedrijven nu de rol van rechterlijke macht op zich hebben genomen om te bepalen wat gecensureerd mag worden en wat niet. Moeten we misinformatie verwijderen uit de publieke discussie en zouden er geen universele mediaregels moeten komen over censuur en de vrijheid van meningsuiting?

 

Cover: Pixabay

Edited by: Vanessa Yu

instagram volgers kopen

Google Workspace Google Workspace prijzen Google Workspace migratie Google Workspace Google Workspace